Brits-Franse boterhammen

Kaas op een clubsandwich, dat mag natuurlijk niet van de culipolitie. Maar het is wel lekker!
Helaas willen de mussen maar niet van het dak willen vallen (zul je zien, barst vandaag de zomer los…). Een smakelijk broodje moet dan maar het humeur opvijzelen. We gaan een clubsandwich geitenkaas maken, lekker voor een buitenlunch met een wintertrui aan. Ik hoor de bijgoochem die mij regelmatig gevraagd en zeker ook ongevraagd van culinaire wetenswaardigheden voorziet, al roepen: ,,Herman, dat kan toch niet, een clubsandwich geitenkaas. In zo’n sandwich gaat bacon, tomaat, kip…” Hou maar op, kan mij het jeuken, wel of geen geitenkaas. Veel clubsandwiches zijn witte sneetjes belegd met vette potjesherrie, smakeloos konijnenvoer en droog tokkievlees. De hap vraagt om een oppepper. Geitenkaas combineert perfect met tomaat, bacon en mayonaise. Ik noem het gewoon een clubsandwich. Niemand kan mij wijsmaken dat iemand ooit welbewust de clubsandwich uitvond en vervolgens een patent aanvroeg.
Want dat moet gebeuren, anders rust de happenclaim op drijfzand. Helaas wou de bijgoochem best het drijfzand in duiken. Ik ben de beroerdste niet, mijn zegen had hij. Een week later belde hij op. ,,Ha die Herman. Ik heb beet.” ,,Beet, beet, waar heb je het over, koekwous?” ,,Die clubsandwich, weet je nog. Dat zou ik voor je uitspitten. Het broodje komt uit Engeland.” ,,Ja, daar krijg jij een kick van, hè. Zo’n waarheid achterhalen.” ,,Zeg Herman, je kunt wel sarcastisch doen. Maar als ik vertel dat ik een béarnaise met basilicum maak, zijn we snel uitgepraat. Want dan heb ik maling aan een recept waar ik geen maling aan mag hebben.” “Nee hoor, van mij mag je gerust helemaal in de schift gaan. Je bewijst alleen maar dat je er geen pepernoot van begrijpt. Een béarnaisesaus is een Franse klassieker waaraan mannen met de smaaklap op de goede plaats lang hebben gesleuteld. Azijn en sjalotten vormen de smaakbasis van de béarnaise.
Daar past vooral het anijsachtige smaakje van dragon goed bij. Beter kan die saus niet worden.” ,,Wat heeft dit met de clubsandwich te maken?” ,,Die komt uit Engeland, zeg je net.” ,,Ja, en?” ,,Komt béarnaise uit Engeland? Coq au vin? Gevrey-Chambertin? Champagne? Fruits de mer? Poulet a la crème met van die dikke gekaramelliseerde smaken?” ,,Ja, ja, de boodschap is duidelijk. Echt eten komt uit Frankrijk. Jij mag van mij die clubsandwich met kaas verfransen. Zal ik nu wat vertellen over de Engelse vierde graaf van Sandwich?” ,,Volgens mij hebben we genoeg tekst, ouwe geitenbreier. De mazzel hè!” Beste mensen. Kijk effe op Wikipedia en je kent het hele verhaal. Maar geloof er geen sikkepit van. Want in de Larousse, de gastrobijbel van de alpinopetjes, staat het volgende: ‘Het woord “sandwich” is betrekkelijk nieuw, maar het begrip veel ouder. Vooral op het Franse platteland was het de gewoonte om arbeiders vlees te geven dat ze tussen twee stukken brood opaten.’ Briljant, om de uitvinding van de belegde boterham naar je toe te trekken. Mocht de euro het uiteindelijk toch redden, dan hebben we dat uiteindelijk ook aan de Fransen te danken. Wedden? 

Clubsandwich

Ingrediënten

4 plakken spek, uitgebakken
4 eieren, gekookt
1 zak mesclun-salade
4 tomaten
4 tot 8 plakjes zachte geitenkaas (chèvre)
4 plakken boerenham
8 sneetjes zuurdesembrood
1 pot aïoli
zwarte peper uit de molen

Bereiding

Snijd de tomaat in partjes, verwijder het vruchtvlees en het vel.
Snijd de gekookte eieren in plakjes.
Neem een snee brood en smeer de bovenkant in met wat aïoli.
Doe er wat sla op.
Leg er volgens wat plakjes ei op.
Daarbovenop een plak ham.
Smeer de plak ham in met wat aïoli.
Leg de tomaat erop.
Maal er naar smaak wat peper over.
Leg er een plak spek op.
Daar bovenop 1 of 2 plakjes geitenkaas.
Leg er nog wat sla op en als laatste een snee zuurdesembrood, aan de binnenkant ingesmeerd met aïoli.
Steek een prikker erdoor, zodat de sandwich niet uit elkaar valt.

Tip van de chef, clubsandwich